Afgelopen zondag, 3 mei, was het onze ‘Country Overshoot Day’. De dag van het jaar waarop onze collectieve Footprint als Nederlanders groter is dan de Biocapaciteit die ons kan voorzien in onze behoeftes. Maar nu de wereldwijde economie tot stilstand is geroepen door Corona is de vraag wat dit doet met de reeds berekende ‘Country Overshoot Days’?
Elk jaar kijk ik reikhalzend uit naar de berekeningen van de Global Footprint Network, over wanneer ‘Earth Overshoot Day’ is, maar ook wanneer wij als Nederland onze ‘Country Overshoot Day’ bereiken.
Waarom?
Deze Overshoot Day berekeningen vind ik doorgaans een bijzonder effectief middel om te communiceren dat wij in de Westerse wereld leven op té grote voet. Immers zijn er ook landen op de wereld waar de Biocapaciteit juist de Footprint overstijgt. Dit zijn landen met een zogenaamde ecologische ‘reserve’ (op de kaart hieronder in het groen weergegeven). Voor de duidelijkheid: Nederland zit diep in het rood.
De vraag wat de wereldwijde pandemie met deze berekeningen doet houdt ook de Global Footprint Network zelf bezig. De aanname daarbij is dat het coronavirus de wereldwijde Footprint heeft doen zakken.
Om te analyseren wat er met de Nederlandse Overshoot Day zou gebeuren is het belangrijk om wat dieper in de methodologie te duiken én op zoek te gaan naar datapunten die sinds corona een afwijkende trend laten zien.
Laten we allereerst kijken naar de methodologie. Deze bestaat uit twee meta-indicatoren:
- De Biocapaciteit van een land. De Biocapaciteit wordt berekend als de optelsom van biologisch productief land dat beschikbaar is om een bevolking te voorzien in haar behoeftes én om het ‘afval’ (bijv. CO2 uitstoot) te absorberen. De specifieke productiviteit van de ecosystemen van een land wordt weergegeven in dit cijfer. De Biocapaciteit wordt uitgedrukt in ‘global hectares’ ofwel Gha.
- De Footprint van een land. Voor de Footprint wordt gekeken naar hoeveel biologisch productief land nodig is om te voorzien in de behoeftes van de bevolking. Hierin wordt o.a. de ruimte voor voedselproductie, de bouw, bosherstel en opname van CO2 uitstoot meegenomen. De totale consumptie van een land wordt berekend door de invoer van producten toe te voegen aan deze berekeningen, en de uitvoer er weer vanaf te trekken. De gedachte hierbij is dat alle producten en handelswaren gepaard gaan met een ecologische voetafdruk.
Ten tweede is de vraag hoe bovenstaande meta-indicatoren zich ontwikkelen als gevolg van de coronacrisis. Daarbij is een disclaimer op zijn plaats, want ons onderzoek bevestigt dat het ontzettend lastig is om actuele data te vinden over bijv. consumptie, import of export. Veel wereldwijde databases hebben vaak twee á drie maanden nodig om met actuele cijfers te komen, en ‘gelukkig’ zitten we pas twee maanden in deze huidige realiteit. Desalniettemin hebben wij een aantal betrouwbare bronnen geraadpleegd om een beeld te kunnen schetsen van de Corona Country Overshoot Day van Nederland.
De Biocapaciteit blijft naar alle waarschijnlijk gelijk. De Global Footprint Network had reeds berekend dat deze voor Nederland in 2020 uit zou komen op 0.8 Gha per persoon.
Voor de berekening van de Footprint wordt er gekeken naar de ecologische footprint die gepaard gaat met onze consumptie. Dit werd oorspronkelijk vastgesteld op 4.8 Gha.
Hoewel recente consumptiecijfers lastig te achterhalen zijn, geven de statistieken van het CBS over consumentenvertrouwen een reëel beeld van hoe de gemiddelde consumptie zich gaat ontwikkelen. Het CBS rapporteerde in april de ‘grootste daling in consumentenvertouwen ooit’ met -22! De cijfers van ING over het aantal pintransacties deelt dit beeld, het totaal aantal transacties tot 27 april daalde met 22%, en de omzet met ruim 18%. Er wordt hier een lichte stijging verwacht nu de maatregelen wat soepeler worden, maar effect heeft dit sowieso op onze nationale Footprint.
In het algemeen lijkt het verstandig om voor de berekening van de Footprint net een niveautje dieper te zoeken naar relevante ontwikkelingen. De ecologische footprint van consumptie wordt door de Global Footprint Network als volgt berekend:
Ecologische footprint van productie + Netto ecologische footprint van internationale handel
Hiervoor duik ik in drie sub-indicatoren:
- Allereerst de productiecijfers van Nederland. Met het begrip consumentenvertrouwen zijn we reeds bekend, maar er bestaat ook zoiets als producentenvertrouwen. Het CBS rapporteert eind april dat het vertrouwen van de industriële ondernemers op het laagste niveau is (-28,7) sinds de start van de metingen in 1987. Hoewel er nog geen actuele productiecijfers zijn, ligt de bezettingsgraad van machines ruim 8,5% lager dan in het eerste kwartaal. De verwachting is dus wel degelijk dat de productie lijdt onder het coronavirus, en dat dit leidt tot een lagere ecologische footprint dan origineel berekend.
- Vervolgens duiken wij in de importcijfers van Nederland. Want de producten die wij importeren gaan ook gepaard met een ecologische impact die aan ons toegeschreven kan worden. Hoewel hier dus ook pas actuele cijfers zijn van het eerste kwartaal van 2020, werd over dat kwartaal al een afname van de totale goedereninvoer gemeten van ruim 3%. In het eerste kwartaal daalde de invoer van goederen uit China al met minimaal 9%, en dat is veelzeggend omdat China in onze top 3 handelsrelaties staat. Bijna op alle producten was een afname te zien, alleen bij zonnepanelen was een stijging ten opzichte van 2019! Minder import betekent ook weer een lagere ecologische footprint.
- Tot slot kijken we naar onze exportcijfers, een belangrijke indicator omdat Nederland een net exporteur is. Als klein landje staan wij zelfs 6e op de lijst van wereldwijde exporteurs! De export van producten wordt weer van ons ecologische footprint afgehaald; hij wordt weer toegekend aan de landen die ‘onze’ producten importeren. Voor de export zijn recente nationale statistieken lastig te vinden, maar een grondigere analyse leidt tot de aanname dat de export een deuk heeft opgelopen. Om enigszins conservatief te kunnen zijn richt ik me hierbij met name op die exportproducten die niet gebalanceerd kunnen worden door verlaagde productie, en dus de landbouw. Waar we in 2019 ruim €94,5 miljard aan landbouwproducten exporteerde (goed voor bijna 20% van onze nationale export in omzet), kunnen we met redelijke zekerheid zeggen dat deze cijfers in 2020 niet gehaald gaan worden. Ter illustratie: de sierteelt wordt in voorgenoemd artikel aangehaald als grootverdiener voor Nederland met ruim €5,8 miljard, waar omzetdalingen van ruim 70% worden verwacht voor het tweede kwartaal. Het lastige is dat hetgeen al geproduceerd is, bijv. in land- en tuinbouw, al wel een ecologische footprint heeft die dus niet verrekend kan worden met andere landen.
Als we dus dieper in de cijfers kijken voor de Footprint komen we op een aantal indicatoren uit op een positiever beeld: immers daalt onze consumptie, onze productie, en de invoer van producten. Tegelijkertijd is de verlaagde export, en met name de export die niet ‘gebalanceerd’ kunnen worden door de verlaagde productie (bijv. landbouw) weer schadelijk voor onze totale footprint.
De Global Footprint Network geeft aan dat de Footprint een reflectie is van het BBP. Het CPB bracht eind maart een viertal scenario’s uit voor het BBP, waarin de krimp van het BBP varieert tussen de 1,2% en 7,7%. Als we het redelijk optimistische 2e scenario van het CPB pakken waarin 5% krimp van het BBP in 2020 wordt voorspeld, kom ik uit op een Corona Country Overshoot Day van… 15 mei 2020.
Hoewel de economische krimp dus leidt tot een ‘betere’ Country Overshoot Day, vind ik het verschil nog relatief beperkt. Ondanks de rem op de economie maken we nog geen enorme stappen voorwaarts. En, wellicht nog belangrijker, is de krimp alles behalve een bewuste keuze. Willen we structureel onze schouders zetten onder een economie waarbij wij binnen onze planetaire grenzen blijven, moeten we ook echt durven kijken naar de structuren die groei, productie en consumerisme in stand houden. Want ‘per ongeluk’ het een beetje beter doen, daar ben ik niet tevreden mee.